TUCHT - VERMOEDEN VAN ONSCHULD
Om de schuld van klager aan de tuchtrechtelijke inbreuken te bewijzen, heeft de directeur zich volgens het tuchtdossier enkel gebaseerd op het rapport aan de directeur (RAD). De Klachtencommissie kan in het rapport echter geen enkel element vinden waaruit blijkt dat klager de fysieke of psychische integriteit van zijn celgenoot zou hebben aangetast. De schuld aan de twee tuchtrechtelijke inbreuken wordt met andere woorden op geen enkele manier bewezen met het rapport. De feiten en de schuld aan de tuchtrechtelijke inbreuken moeten hoe dan ook bewezen zijn vooraleer de directeur een tuchtbeslissing neemt en een tuchtsanctie oplegt. De tuchtbeslissing is dan ook in strijd met het vermoeden van onschuld.
De klacht is gegrond.
Om de schuld van klager aan de tuchtrechtelijke inbreuken te bewijzen, heeft de directeur zich volgens het tuchtdossier enkel gebaseerd op het rapport aan de directeur (RAD). De Klachtencommissie kan in het rapport echter geen enkel element vinden waaruit blijkt dat klager de fysieke of psychische integriteit van zijn celgenoot zou hebben aangetast. De schuld aan de twee tuchtrechtelijke inbreuken wordt met andere woorden op geen enkele manier bewezen met het rapport. De feiten en de schuld aan de tuchtrechtelijke inbreuken moeten hoe dan ook bewezen zijn vooraleer de directeur een tuchtbeslissing neemt en een tuchtsanctie oplegt. De tuchtbeslissing is dan ook in strijd met het vermoeden van onschuld.
De klacht is gegrond.