GEEN BESLISSING DIRECTEUR - BEVOEGDHEID - CELMUTATIE
De klacht is gericht tegen het feit dat klager afgeperst wordt. Hiermee gepaard gaand wordt geweigerd om hem over te plaatsen naar een andere gevangenis of om hem intern te muteren naar een andere sectie.
De klachtencommissie is bevoegd voor het behandelen van klachten tegen beslissingen die door of namens de directeur ten aanzien van een gedetineerde worden genomen. In zoverre de klacht gericht is tegen het feit dat klager wordt afgeperst en tegen de weigering om hem naar de gevangenis over te plaatsen, betreft het geen klachten over een beslissing van de gevangenisdirecteur. Dit aspect van de klacht is onontvankelijk.
In zoverre de klacht gericht is tegen de weigering om klager intern van sectie te muteren, is deze wel ontvankelijk. Het toewijzen van een cel betreft een discretionaire bevoegdheid van de directeur. De klachtencommissie acht deze beslissing wettig. Uit het dossier blijkt daarnaast dat de directeur de overplaatsing naar de derde sectie weigerde met het oog op de veiligheid van klager, omdat hij anders samen zou zitten op dezelfde sectie met een medegedetineerde met wie hij conflicten heeft. De klachtencommissie kan de directie in deze beslissing bijtreden, nu het haar plicht is om de veiligheid van gedetineerden te waarborgen. De klachtencommissie is van oordeel dat de beslissing in alle redelijkheid werd genomen en in verhouding staat met de vaststellingen. De klacht is ontvankelijk, maar ongegrond.
De klacht is gericht tegen het feit dat klager afgeperst wordt. Hiermee gepaard gaand wordt geweigerd om hem over te plaatsen naar een andere gevangenis of om hem intern te muteren naar een andere sectie.
De klachtencommissie is bevoegd voor het behandelen van klachten tegen beslissingen die door of namens de directeur ten aanzien van een gedetineerde worden genomen. In zoverre de klacht gericht is tegen het feit dat klager wordt afgeperst en tegen de weigering om hem naar de gevangenis over te plaatsen, betreft het geen klachten over een beslissing van de gevangenisdirecteur. Dit aspect van de klacht is onontvankelijk.
In zoverre de klacht gericht is tegen de weigering om klager intern van sectie te muteren, is deze wel ontvankelijk. Het toewijzen van een cel betreft een discretionaire bevoegdheid van de directeur. De klachtencommissie acht deze beslissing wettig. Uit het dossier blijkt daarnaast dat de directeur de overplaatsing naar de derde sectie weigerde met het oog op de veiligheid van klager, omdat hij anders samen zou zitten op dezelfde sectie met een medegedetineerde met wie hij conflicten heeft. De klachtencommissie kan de directie in deze beslissing bijtreden, nu het haar plicht is om de veiligheid van gedetineerden te waarborgen. De klachtencommissie is van oordeel dat de beslissing in alle redelijkheid werd genomen en in verhouding staat met de vaststellingen. De klacht is ontvankelijk, maar ongegrond.