Ga verder naar de inhoud

KC04/21-0035

Ongegrond KC - Beveren Klachtencommissie Bijzondere veiligheidsmaatregel
BIJZONDERE VEILIGHEIDSMAATREGEL - PROPORTIONALITEIT

De bestreden beslissing betreft een BVM. De directeur kon wettelijk gezien de BVM kon verlengen, gelet op bijkomende meldingen die in de nacht zijn gedaan. De Klachtencommissie meent dat de directie haar appreciatiebevoegdheid niet overschrijdt wanneer zij concludeert dat het gedrag van klager nog steeds een bedreiging kan vormen voor de orde en veiligheid en wanneer zij de maatregel bijgevolg verlengt. De Klachtencommissie benadrukt het belang van de proportionaliteit van de BVM en het principe dat de noodzaak dient te worden afgewogen voor elk voorwerp afzonderlijk, zodat de opgelegde maatregel daadwerkelijk in verhouding staat tot de bedreiging. In dit geval is de Klachtencommissie van mening dat de BVM in verhouding staat tot de bedreiging voor de orde en veiligheid en gerechtvaardigd kon worden opgelegd. De directie heeft in de BVM immers een voorbehoud opgenomen met betrekking tot het verblijf in de naakte cel. Indien het gedrag van klager toe zou laten om op de toegewezen cel te verblijven in plaats van de veiligheidscel, volstond dit als maatregel. De proportionaliteit werd derhalve correct toegepast. De klacht is ongegrond.