Ga verder naar de inhoud

KC05/21-0008

Ongegrond KC - Brugge Klachtencommissie Ordemaatregel
ORDEMAATREGEL - ARBEID - ONTSLAG

Klager dient een klacht in omwille van afzetting van zijn werk na het vinden van sigaretten in zijn jas op weg naar het werk.
De Klachtencommissie stelt vast dat de mogelijkheid tot indienen van een klacht niet op de bestreden beslissing werd vermeld. Men is van oordeel dat deze onduidelijkheid in het voordeel van de klager uitgelegd moet worden. Hierdoor is de klacht die eigenlijk één dag te laat werd ingediend, toch ontvankelijk.

De toewijzing van arbeid is een discretionaire bevoegdheid van de directeur. De bestreden beslissing werd voldoende gemotiveerd, waardoor de Klachtencommissie de beslissing niet in strijd acht met het legaliteitsbeginsel. De Klachtencommissie begrijpt dat de bestreden beslissing mogelijks als streng ervaren wordt door klager, doch merkt op dat de dienstnota aan de gedetineerden duidelijk stelt dat zowel het roken als het louter in het bezit gevonden worden van rookgerief tijdens het werk of de beweging naar het werk, leidt tot afzetting van het werk. De Klachtencommissie begrijpt ook dat de directie naar aanleiding van deze vaststellingen streng optreedt, zeker nu de maatregel en de dienstnota voornamelijk vanuit veiligheidsoverwegingen wordt opgelegd en op verschillende manieren aan klager kenbaar werd gemaakt.
De klacht is ongegrond.