Ga verder naar de inhoud

KC05/23-0088

Ongegrond Gegrond KC - Brugge Klachtencommissie Andere beslissing directeur Tucht
GEZONDHEID – TUCHT – SUBSIDIARITEIT

Klager heeft twee klachten ingediend.

De eerste klacht van klager is gericht tegen het feit dat hij als niet-roker bij een roker op cel diende te verblijven. Klager zat pas sinds enkele weken in de gevangenis en werd in die periode enkele keren van cel verplaatst. Op het ogenblik van de zitting van de klachtencommissie verbleef klager echter sinds kort op een monocel en dus niet langer bij een roker. De directie stelde dat rekening wordt gehouden om niet-rokers niet bij rokers te plaatsen, maar dat dit door de overbevolking niet steeds op korte termijn mogelijk is. Gelet op de korte duur van het verblijf van klager met een roker op cel (ongeveer een maand), op het feit dat klager op deze maand twee keer een andere celgenoot kreeg en op het feit dat hij uiteindelijk na een derde interne mutatie op een cel zonder roker werd geplaatst, acht de klachtencommissie de bestreden beslissing niet onwettig, onredelijk of onbillijk. Deze eerste klacht is ontvankelijk, maar niet gegrond.

De tweede klacht van klager is gericht tegen een tuchtsanctie van één week ATV wegens een tuchtinbreuk van tweede categorie (het geen gevolg geven aan de aanmaningen en de bevelen van het personeel). De klachtencommissie wijst hierbij op het artikel in de Basiswet waarin wordt bepaald dat het beroep op de tuchtprocedure beperkt moet blijven tot situaties waarin de handhaving van de orde en de veiligheid van de inrichting dit gebiedend rechtvaardigen en er geen enkel ander middel kan worden gebruikt om dit te verzekeren. De klachtencommissie oordeelt in dit specifieke dossier van klager dat op basis van de beschikbare informatie niet blijkt dat het beroep op de tuchtprocedure gebiedend werd gerechtvaardigd vanuit de handhaving van de orde en veiligheid alsook dat andere middelen hadden kunnen worden gebruikt om dit te verzekeren. Zij acht de bestreden tuchtbeslissing dan ook onredelijk. Deze tweede klacht is ontvankelijk en gegrond.