TUCHT
Klager heeft klacht ingediend tegen een tuchtsanctie van één week ATV wegens twee tuchtinbreuken van eerste categorie, meer bepaald de opzettelijke aantasting van de fysieke integriteit van personen of de bedreiging daarmee en de opzettelijke aantasting van de orde. Klager stelt dat hij werd uitgedaagd en in het gezicht geslagen door een medegedetineerde en zichzelf moest verdedigen. De klachtencommissie kan echter niet voorbij gaan aan het feit dat er voorafgaand aan de slagen een moment is geweest waarop klager kon zijn weggestapt en hij zo dus had kunnen vermijden dat de discussie die aan de gang was verder was geëscaleerd. Uit het verslag van de tuchtzitting blijkt voor de klachtencommissie dat klager onmiddellijk gereageerd heeft met fysiek geweld. De klachtencommissie kan dus evenmin voorbij aan het feit dat klager, hoewel hij inderdaad geconfronteerd werd met slagen in het gezicht, fysiek geweld heeft gebruikt ten aanzien van een medegedetineerde. Uit het RAD blijkt ook dat, vanaf de discussie uitmondde in fysiek geweld, er door de beambten onmiddellijk op het alarm werd gedrukt. Ten slotte kreeg klager één week ATV en de medegedetineerde drie weken ATV, waardoor er bij het bepalen van de sanctie wel rekening is gehouden met de context en de individuele situatie van klager. De klacht is ontvankelijk, maar niet gegrond.
Klager heeft klacht ingediend tegen een tuchtsanctie van één week ATV wegens twee tuchtinbreuken van eerste categorie, meer bepaald de opzettelijke aantasting van de fysieke integriteit van personen of de bedreiging daarmee en de opzettelijke aantasting van de orde. Klager stelt dat hij werd uitgedaagd en in het gezicht geslagen door een medegedetineerde en zichzelf moest verdedigen. De klachtencommissie kan echter niet voorbij gaan aan het feit dat er voorafgaand aan de slagen een moment is geweest waarop klager kon zijn weggestapt en hij zo dus had kunnen vermijden dat de discussie die aan de gang was verder was geëscaleerd. Uit het verslag van de tuchtzitting blijkt voor de klachtencommissie dat klager onmiddellijk gereageerd heeft met fysiek geweld. De klachtencommissie kan dus evenmin voorbij aan het feit dat klager, hoewel hij inderdaad geconfronteerd werd met slagen in het gezicht, fysiek geweld heeft gebruikt ten aanzien van een medegedetineerde. Uit het RAD blijkt ook dat, vanaf de discussie uitmondde in fysiek geweld, er door de beambten onmiddellijk op het alarm werd gedrukt. Ten slotte kreeg klager één week ATV en de medegedetineerde drie weken ATV, waardoor er bij het bepalen van de sanctie wel rekening is gehouden met de context en de individuele situatie van klager. De klacht is ontvankelijk, maar niet gegrond.