Ga verder naar de inhoud

KC21/21-0071

Ongegrond KC - Merksplas Klachtencommissie Andere beslissing directeur
VERBODEN VOORWERPEN

De Klachtencommissie wijst erop dat de toetsing die zij doet zich niet uitstrekt tot de vraag of de initiële deponering van de USB stick naar aanleiding van het tuchtincident waarnaar verwezen wordt, terecht was. De vraag of de deponering destijds terecht of onterecht was, werd reeds beslecht door de tuchtbeslissing d.d. 25 augustus 2021 en werd door klager niet betwist middels een klacht bij de Klachtencommissie.
Hetgeen klager verlangt, namelijk dat de USB stick opnieuw naar buiten zou mogen worden gebracht, sluit het meest aan bij de hypothese van artikel 45 §1 in fine van de Basiswet, namelijk dat voorwerpen die de gedetineerde bij insluiting in de gevangenis bij zich draagt op zijn verzoek uit de gevangenis verwijderd zouden kunnen worden (in dit geval aan hemzelf meegegeven). Volgens de Klachtencommissie is dit artikel echter niet van toepassing op voorwerpen die de gedetineerde niet bij zich mocht hebben op het moment van insluiting, maar die door hem werden achtergehouden en ter gelegenheid van een onderzoek aan de kledij werden aangetroffen, zoals in casu het geval is. In dat geval is artikel 108 §4 van de Basiswet van toepassing, dat de mogelijkheid tot het naar buiten brengen van het voorwerp niet voorziet. Volgens de Klachtencommissie is de beslissing van de directeur dat een USB stick die ter gelegenheid van een ‘fouille’ werd aangetroffen en niet vrijwillig werd afgegeven, waarna ze in bewaring werd genomen, niet opnieuw mee naar buiten kan worden gegeven in overeenstemming met de Basiswet. De klacht is ongegrond.