KC21/23-0171
Gegrond
KC - Merksplas
Klachtencommissie
Andere beslissing directeur
KANTINE - UITVOERING
Aangezien de uitvoering van de beslissing van de beroepscommissie (in dit geval het ongedaan maken van de gevolgen van de vernietigde beslissing tot weigering van de aankoop door de bestelling uit te voeren) een handeling vanwege de directeur veronderstelt, behoort de klacht tot het toepassingsgebied van het beklagrecht. De klacht is ontvankelijk.
De klachtencommissie stelt vast dat de directie wel degelijk uitvoering probeerde te geven aan de beslissing. Ze gaf met name de door klager geplaatste bestelling door, zoals haar werd opgedragen door de beroepscommissie. De klachtencommissie meent echter dat de directie, door zich strikt te beperken tot het doorgeven van de bestelling van klager aan een bepaalde krantenwinkel, onvoldoende inspanningen leverde om uitvoering te geven aan de beslissing van de beroepscommissie en deze beslissing te restrictief geïnterpreteerd heeft.
De directie werd immers in essentie opgedragen om de gevolgen van de vernietigde beslissing ongedaan te maken. De bestelling van de door klager gevraagde tijdschriften mocht niet geweigerd worden (vernietiging van de beslissing van de KC). Op grond van artikel 77 Basiswet heeft klager het recht om door bemiddeling van de gevangenis, voor eigen rekening tijdschriften te ontvangen waarvan de verspreiding niet wettelijk of bij rechterlijke beslissing verboden is.
De beroepscommissie specificeert in BC/32-0167 dat praktische en organisatorische problemen niet kunnen worden aanvaard als beperking van het recht op informatie.
Hoewel de klachtencommissie begrip heeft voor de praktische problemen waarmee de directie te kampen heeft in de uitvoering van deze specifieke beslissing van de beroepscommissie, meent ze op basis van het bovenstaande niet anders dan te kunnen besluiten dat de directie onvoldoende inspanningen leverde om uitvoering te geven aan de beslissing van de beroepscommissie. Ook ter gelegenheid van de uitvoering van de beslissing van de beroepscommissie kunnen praktische en organisatorische problemen immers niet aanvaard worden als beperking op het recht van klager om deze tijdschriften te ontvangen.
De klacht is gegrond.
Aangezien klager intussen in het bezit kwam van de door hem gewenste tijdschriften, meent de klachtencommissie dat de gevolgen voldoende ongedaan gemaakt werden. Klager komt volgens de klachtencommissie bijgevolg niet in aanmerking voor een tegemoetkoming in de zin van artikel 158 §4, tweede lid Basiswet.
Aangezien de uitvoering van de beslissing van de beroepscommissie (in dit geval het ongedaan maken van de gevolgen van de vernietigde beslissing tot weigering van de aankoop door de bestelling uit te voeren) een handeling vanwege de directeur veronderstelt, behoort de klacht tot het toepassingsgebied van het beklagrecht. De klacht is ontvankelijk.
De klachtencommissie stelt vast dat de directie wel degelijk uitvoering probeerde te geven aan de beslissing. Ze gaf met name de door klager geplaatste bestelling door, zoals haar werd opgedragen door de beroepscommissie. De klachtencommissie meent echter dat de directie, door zich strikt te beperken tot het doorgeven van de bestelling van klager aan een bepaalde krantenwinkel, onvoldoende inspanningen leverde om uitvoering te geven aan de beslissing van de beroepscommissie en deze beslissing te restrictief geïnterpreteerd heeft.
De directie werd immers in essentie opgedragen om de gevolgen van de vernietigde beslissing ongedaan te maken. De bestelling van de door klager gevraagde tijdschriften mocht niet geweigerd worden (vernietiging van de beslissing van de KC). Op grond van artikel 77 Basiswet heeft klager het recht om door bemiddeling van de gevangenis, voor eigen rekening tijdschriften te ontvangen waarvan de verspreiding niet wettelijk of bij rechterlijke beslissing verboden is.
De beroepscommissie specificeert in BC/32-0167 dat praktische en organisatorische problemen niet kunnen worden aanvaard als beperking van het recht op informatie.
Hoewel de klachtencommissie begrip heeft voor de praktische problemen waarmee de directie te kampen heeft in de uitvoering van deze specifieke beslissing van de beroepscommissie, meent ze op basis van het bovenstaande niet anders dan te kunnen besluiten dat de directie onvoldoende inspanningen leverde om uitvoering te geven aan de beslissing van de beroepscommissie. Ook ter gelegenheid van de uitvoering van de beslissing van de beroepscommissie kunnen praktische en organisatorische problemen immers niet aanvaard worden als beperking op het recht van klager om deze tijdschriften te ontvangen.
De klacht is gegrond.
Aangezien klager intussen in het bezit kwam van de door hem gewenste tijdschriften, meent de klachtencommissie dat de gevolgen voldoende ongedaan gemaakt werden. Klager komt volgens de klachtencommissie bijgevolg niet in aanmerking voor een tegemoetkoming in de zin van artikel 158 §4, tweede lid Basiswet.